Blauwe energie in Nederland roept beelden op van getijdencentrales en
innovatieve snufjes als energie uit de vermenging tussen zout en zoet water.
Maar het duurzame energiebedrijf Greenchoice heeft zijn schouders gezet
onder een hele degelijke, ouderwetse waterkrachtcentrale in Limburg.
"Dit is onze eerste grote investering in opwekcapaciteit van energie",
zegt algemeen directeur Greenchoice Rob van Rees trots. Samen met Arbra, het
ingenieursbedrijf van Anton van der Boom, waterkrachtbedrijf International
Hydro en investeringsmaatschappij World Improvement Money, vormt het groene
energiebedrijf een consortium om in de Maas een waterkrachtcentrale van 11
megawatt te bouwen.
Stroomcapaciteit
Dat is in vergelijking met een kolencentrale bescheiden (die kunnen een paar
honderd tot meer dan duizend megawatt leveren) maar nog altijd voldoende om
dertienduizend huishoudens van stroom te voorzien. En, voegt Anton van der
Boom toe: "Het is één van de grootste duurzame projecten in Nederland."
Vlak buiten Maastricht, op nog geen tien minuten rijden van het treinstation,
ligt de stuw van Borgharen. Daar moet de nieuwe waterkrachtcentrale komen.
Rijkswaterstaat heeft de stuw gebouwd in 1928. Hier stort de brede Maas zich
over de rand van de stuw zo’n 4 tot 5 meter naar beneden. Waterkracht wordt
bepaald door hoogteverschil en volume water. Hoewel het hoogteverschil in de
Maas het niet haalt bij de Noorse bergen of de Zwitserse Alpen, valt er wel
veel water naar beneden. Daaruit haalt de centrale de energie. Het kan dus,
waterkracht in Nederland.
Kosten bouw centrale
De kosten voor de centrale worden door het consortium op 42 miljoen euro
geschat. Een deel daarvan komt uit de kas van Greenchoice, een deel wordt
gefinancierd door banken. "Aan het eind van 2010 bestaan we tien jaar",
zegt Van Rees. "In die tijd hebben we een bepaalde grootte bereikt als
bedrijf, we zijn steviger geworden. Nu is het mogelijk om te investeren."
Daar heeft Greenchoice mooie plannen voor: elk jaar wil het energiebedrijf
enkele miljoenen opzij zetten om te investeren in de opwek van duurzame
energie. In de Limburgse centrale heeft het bedrijf een minderheidsaandeel
genomen. "Onze rol is primair als financier, om banken over de streep
te trekken."
Financiering vinden voor duurzame energie is namelijk behoorlijk lastig in
Nederland, vertelt Alex Schoep, één van de oprichters van het Nederlandse
waterkrachtbedrijf International Hydro. Duurzame elektriciteit is duurder
dan stroom van kolen- en gascentrales. De prijzen die Nederlandse
huishoudens ervoor betalen is echter gelijk. Daar zorgt de overheid voor.
Nederlandse beleid
Maar het Nederlandse beleid zwabbert: dan is er een paar jaar subsidie 'zus',
dan weer subsidie 'zo'. Bovendien gooide demissionair minister Maria van der
Hoeven van Economische Zaken recentelijk de knuppel in het hoenderhok door
voor te stellen de subsidie helemaal af te schaffen en energiebedrijven
simpelweg te verplichten duurzame energie te leveren. Banken houden niet van
onzekerheid over verdienmodellen. Schoep: "Banken willen garanties dat
een lening ook kan worden afbetaald. Wie een hypotheek wil, moet ook een
vaste baan hebben."
De waterkrachtcentrale is een project van de lange adem. Al in de jaren
negentig deed Essent onderzoek naar de mogelijkheden, maar zag er
uiteindelijk vanaf omdat de elektriciteitsprijs te laag was om de
investering in de centrale terug te verdienen.
Van der Boom nam het over. "Een waterkrachtcentrale staat er minstens
honderd jaar. Na dertig jaar heb je de investeringen terugverdiend en daarna
is het rendement groot." Dat beaamt Schoep van International Hydro:
waterkrachtcentrales worden gebouwd voor de lange duur en hoeven niet zoals
windmolens of zonnepanelen na 15 of 25 jaar weer te worden vervangen.
Verkrijgen vergunningen
Sinds 2003 is Van der Boom bezig om vergunningen te krijgen. Niet de
financiering, maar de visstand bleek het grote struikelblok. Hij stuitte op
bezwaren van Rijkswaterstaat. De ambtelijke dienst vreesde dat de visstand
zou lijden onder de centrale.
"Ik ben inmiddels visexpert", zegt Van der Boom, van huis uit civiel
ingenieur. "De argumenten van Rijkswaterstaat bleken echter geen hout
te snijden en konden dus ook geen stand houden." Achter elkaar lepelt
hij cijfers op over visstand en vissterfte, totdat het duizelt. De crux: het
gaat uiteindelijk om enkele tientallen vissen. "En daar staat een
jaarlijkse besparing van 38 duizend ton CO2 tegenover!"
Plan in stroomversnelling
Maar sinds 2010 is het plan in een stroomversnelling geraakt. Het consortium
maakt Van der Booms project solide. "Je wordt serieuzer genomen."
En politiek heeft hij de wind mee. Zowel Tweede Kamer als kabinet is groot
voorstander van duurzame energie, en de provincie Limburg en de gemeente
Maastricht dragen het project een warm hart toe. Het is dan ook opgenomen in
de plannen voor de inmiddels vergunde duurzame energiecentrale Limburg, een
belangrijke politieke overwinning.
"Het project gaat door", zegt Van der Boom vol overtuiging. In de
zomer van 2011 kan de bouw beginnen en in 2013 draait de centrale, gelooft
hij. En zucht dan. "Maar de weg ernaartoe is modderig."
Lees ook:
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl